Tim Cook over M1 en Intel: “We gaan alleen naar binnen als we denken dat we iets beters kunnen doen”. Wat drijft Apple om zijn componenten te produceren in plaats van ze van de plank te kopen? Dat is de vraag die een analist gisteravond op de financiële resultatenconferentie van Apple stelde. De vraag is actueel, aangezien we Apple aantreffen tijdens de grootste architectuurtransitie in zijn geschiedenis.
Harsh Kumar is algemeen directeur bij investeringsbank Citi, ook wel bekend als Citigroup. Deze analist woonde de aandeelhoudersconferentie van Apple bij, die altijd telefonisch plaatsvindt. In de Q&A wilde Kumar weten “hoe Apple bepaalt wat strategisch is en wat Apple drijft om het zelf te doen en wat niet strategisch.”
Het antwoord kwam van Tim Cook zelf: “The way we decision to do” [chips], vragen we ons af: kunnen we het beter, kunnen we een beter product leveren, kunnen we iets in de markt kopen. En dat is geweldig, als het zo goed is als wat we zouden kunnen maken, kopen we het. We gaan alleen naar binnen waar we denken dat we iets beters kunnen doen en daarom een beter product voor de gebruiker kunnen maken.”
De verklaring van Cook houdt in dat Intel’s processors niet langer hun werk deden, waarbij Apple Silicon in elk opzicht superieur was.
Cook gaat verder met de M1-chip als voorbeeld. Hij vertelt hoe ze een chip hebben gemaakt die superieur is aan wat ze op de markt zouden kunnen kopen, in een duidelijke verwijzing naar Intel. En hoe ze hun hardware- en software-expertise hebben gecombineerd om de M1 te bedenken. Voor de uitvoerende macht was de reactie van de markt, ondanks aanbodbeperkingen, “ongelooflijk”.
Voor Apple was de lancering van zijn chips een strategische beslissing die tien jaar geleden werd genomen. Een die vele jaren later zijn vruchten blijft afwerpen, zijn producten onderscheidt van de rest en onafhankelijk wordt van leveranciers met agenda’s, belangen, prioriteiten en routekaarten die niet altijd overeenkomen met die van Apple.